Grauwe fitis (Phylloscopus trochiloides)

Lengte: 11cm

Oostelijke soort, zeldzame gast in W.-Europa (voor- en najaar). Bewoont gemengde bossen met weelderige ondergroei, vaak in sparrenbossen met enige loofbomen. Tijdens trek veel in kreupelhout. Lijkt op Fitis en Tjiftjaf, maar met duidelijker, langer wenkbrauw en een smalle vlwugelstreep. (Niet verwarren met herfstkleed van Tjiftjaf met flauwe vleugelstreep; let op donkere poten van die soort.) Kan ook verward worden met Noordse boszanger, maar is groter en donkerder poten. Roep luid 'siewíéíé' ongeveer als zang Witte kwikstaart. Zang: korte, hoge triller, een weinig 'hortend', lijkt beetje op zang van opgewonden Witte kwikstaart. Begint meestal met snel herhaalde roep, maar sommige individuen volstaan met triller als van Winterkoning.