Eleonora's valk (Falco eleonorae)

Lengte: 36-42cm

Spanwijdte: 85-87cm

Genoemd naar een middeleeuwse prinses, die een order uitvaardigde om de roofvogels van Sardinië te beschermen. Bewoont rotsige eilanden in de Middellandse Zee en op de Canarische eilanden. Voornamelijk trekvogel, die overwinterd op Madagaskar, maar sommige blijven in oostelijk deel van Middellandse Zee. Grootte tussen Slecht- en Boomvalk, maar te herkennen aan de buitengewoon lange vleugels. Zeer snelle en behendige valk. Jaagt soms in groepen, dikwijls laat in avondschemering. Bidt als Torenvalk. Broedt in kolonies op klippen aan de kust. Keert eind april terug naar de broedplaatsen, maar wacht met nestelen tot in najaar om te profiteren van vermoeide trekvogeltjes, die in de lucht worden gegrepen, vooral in de ochtenduren. Twee kleurfasen. Donkere fase (ca. 25% van de populatie) is gemakkelijk te onderscheiden van Roodpootvalk door grotere afmetingen, langer en donkerder vleugels, vliegbehendigheid en ontbreken van rode broekveren. Lichte fase lijkt op Boomvalk en onv. Slechtvalk, maar te herkennen aan donkere ondervleugeldekveren, die contrasteren met de lichte basis van de slagpennen en de buik, die roestbruine grondkleur heeft. Juv. minder opvallend: ondervleugeldekveren dwars gestreept en lichter dan adults, maar achterrand van ondervleugel duidelijk donker. Buik lichter dan bij volw. Roep nasaal, scherp ‘kje-kje-kje-kjah’.