Dwergaalscholver (Phalacrocorax pygmeus)
Lengte: 50cm
Spanwijdte: 85cm
Broedt plaatselijk in Z.O.-Europa in kolonies in struiken nabij meren en rivieren met veel rietbegroeiing, vaak samen met reigers. Vist dikwijls in kleine wateren in moerasland. Onmiddelijk van (Kuif)Aalscholver te onderscheiden door geringe grootte - is kleiner dan Middelste zaagbek - en verschilt in proporties: kleinere kop en duidelijk kortere snavel, langere staart; in broedkleed zijn kop en hals donker kastanjebruin, het lichaam glanzend groenig zwart met kleine witte veerpluimpjes, die op witte druppeltjes lijken (beide seksen). De pluimpjes verdwijnen spoedig en de kin wordt witachtig, de borst rossig bruin. In jeugdkleed: donkerbruin met witachtige kin en buik. Zwemt laag in het water; rust op de manier van de andere aalscholvers, soms op rietstengels en dunne takken. Vliegt met zelfde vleugelslag als Eider, met korte glijpauzes. Gemakkelijk te verwarren met Zwarte ibis.