Bosrietzanger (Acrocephalus palustris)

Lengte: 13cm

Broedt in weelderig begroeide, vochtige terreinen, oevers van waterlopen, graag tussen brandnetels en moerrasspirea. In Ned. talrijke broedvogel. Lijkt veel op Kleine karekiet, iets kortere snavel, bij volw. grijsbruiner van boven. Juv. lijkt sprekend op Kleine karekiet maar heeft bleekrize poten i.p.v. bruinachtige (verschil in veld nauwelijks te zien). Als regel andere habitat: zelden in dichte, in water groeiende rietvelden; uitstekende zanger. Zingt ook 's nachts. Zangtempo gevarieerd, wordt langzamer, imiteerd bepaalde roepen, die wordt herhaald (verg. Blyths rietzanger), maakt zich dan herkenbaar door versnellen en explosie van meesterlijke nabootsingen (vaak Pimpelmees, Ekster, Boerenzwaluw, Vink, Merel) vermengd met onmelodieuze, droge trillers (ook dit zijn imitaties, maar van tropische soorten). Vaak gehoord 'tsi-tsjèh tsi-tsjèh'.