Lengte: 13cm

Algemene broedvogel in gemengde en loofbossen, parken en tuinen; ook in afgelegen wouden. Accepteerd graag nestkasten. Minder gespecialiseerd in vangen van vliegende insecten dan Grauwe vliegenvanger. Trektmet vleugels (de een vaak hoger dan de ander) en wipt met staart op uitkijkpost. Sommige mannetjes (vooral in O.-Europa, soms verder westelijk) zijn bruiner, maar hebben altijd wit voorhoofd (vrouwtje nooit). Mannetjes gemakkelijk, vrouwtjes moeilijk te onderscheiden in het veld, van de Withalsvliegenvanger. Zang: vrij krachtig, levendig, ritmisch, 'sie tsievrieie tsievrieie ijuu lie tsieplieie tsieplieie tsieplieie tsieplieie'. Alarm: aanhoudend, kort, metaalachtig 'pik,pik,pik,...'. Ook bedaard klikkend 'tett'.