Bokje (Lymnocryptes minimus)

Lengte: 20cm


Vrij algemene broedvogel van uitgestrekte veengebieden in Lapland en plaatselijk elders in het hoge noorden. Tijdens trek en 's winters in moerassen met pollen; 's winters ook op drogere grond. Vliegt vaak slechts op, op 1m afstand. Vlucht dan iets fladderend, minder explosief en zigzaggend dan Watersnip. Bij opvliegen rechtere hals en puntiger staart; duidelijk kleiner met kortere snavel. Gewoonlijk zwijgzaam (soms echter een rustig 'ketsj'). Valt doorgaans erg spoedig weer in. Opvallend lichte rugstrepen, maar geen lichte kruinstreep. Baltsvlucht in de lichte Laplandse nachten: vliegt rond in wijde bogen in ondiepe rijzende en dalende vlucht. Soms volgt een plotselinge steile duik en wordt een 'kolloráp-kolloráp-...' (als van galloperend paard) geproduceerd.