Lengte: 12,5cm

Broedt in N.O.-Europa (incl. Z.O.-Finland) in vochtige streken met struiken en kruiden, bosranden en open plekken in bos met dichte bosjes. Zeer zeldzame bezoeker van N.W.-Europa. Lijkt op Bosrietzanger, stuit iets roestkleuriger, vleugels iets ronder (2e handpen korter dan 5e, alleen in hand te zien); grote slagpennen steken dus minder uit. Snavel iets korter dan van Bosrietzanger; wenkbrauw kort en onduidelijk (er zijn uitzinderingen). Duimvleugel en binnenste armpennen lichtbruin, waardoor vleugels minder constrasterend dan bij andere Acrocephalus-soorten. Doorgaans donkerder, grijzere poten dan bij verwanten. De zang (vooral 's nachts) voorgedragen van hoge zangpost. Uitstekende imitator. Zang verschillend van Bosrietzanger: kalm tempo, elke frase 5 of 6, soms wel 10 keer herhaald. Veel individuen hebben een karakteristieke frase: een helder, oplopend 'lo lieu líéíéah' met in de pauzes typisch klikkend 'tsjek tsjek'.