Bladkoning

Algemene kenmerken

Lengte: 9-10,5 cm 

De Bladkoning (Phylloscopus inornatus) broedt in het uiterste N.O.-Europa en Azië. Hij is zeldzam maar een geregelde herfstgast in N.W.-Europa, vooral in okt. (ook in Nederland). De witte of bruingevlekte eieren worden gelegd in een komvormig nest.

Kenmerken

De Bladkoning is erg klein, heeft groenige bovendelen, vuilwitte onderdelen en een lichtgele wenkbrauw. Verder heeft hij 2 duidelijke vleugelstrepen, brede lichte randen aan binnenste armpennen. Soms heeft hij een zeer vage kruinstreep (vooral aan achterkant). Ook lijkt hij veel op een Fitis in gedrag; vaak samen met andere Phylloscopus-soorten en mezen tijdens de doortrek.

Geluid

De Bladkoning roept vaak; hoog 'twwíést' als van Zwarte mees maar hoger en oplopend, soms 2 keer herhaald. De zang is zeer hoog en dun; kan beschreven worden als mengsel van Hazelhoen en Goudhaan. Geografische variaties binnen het uitgestrekte verspreidingsgebied zijn vastgesteld; schijnt ook voor roepen te gelden. De vorm P. (inornatus?) humei uit de berggebieden van centraal Azië roept 'tsieieleu', iets aflopend, twee keer herhaald. Ook zang verschilt aanmerkelijk; lijkt op roep van Koperwiek 'stieieiep'. Deze vorm is zeer zeldzame dwaalgst in Europa.